En, slaapt hij al door?
Dit artikel komt van LLL (http://www.lalecheleague.be/borstvoeding-a-z/153-nachtvoedingen.html)!
En, slaapt hij al door? Wie heeft deze zin nog niet gehoord. Het is meestal het eerste wat een jonge moeder gevraagd wordt. En daar sta je dan met je baby, die misschien 5 keer per nacht wakker wordt en om een voeding vraagt. Alle andere baby’s lijken vlugger door te slapen. Je bent doodop en wanneer je dan van iedereen hoort, dat je toch best een flesje geeft, dan is de verleiding heel erg groot.
In dit artikel zal je geen wondermiddel vinden waardoor je baby plots zal doorslapen, maar wel een paar verklaringen en een paar tips om de nachten voor jou een beetje draaglijker te maken.
Kleine baby’s zijn er niet op voorzien om door te slapen. In de baarmoeder betekenden dag een nacht geen verschil en kregen de baby’s constant voeding. In de volgende maanden moeten ze het verschil tussen dag en nacht leren kennen. Om hen daarbij te helpen zet je – eens het aanleggen vlot verloopt – best de verlichting niet aan tijdens de nachtelijke voedingen. In de eerste weken na de geboorte zijn de nachtvoedingen heel belangrijk voor je melkproductie. De melkklieren moeten zich nog ontwikkelen. Lange pauzes tussen de voeding remmen de productie en de ontwikkeling van de klieren. Dat kan over enkele weken, wanneer de productie opgedreven moet worden, mogelijk problemen geven.
Slaapfasen
Ook voor je baby zijn de nachtvoedingen erg belangrijk. Baby’shebben veel meer REM-slaap (lichte slaap met grote hersenactiviteit) dan volwassenen. Tijdens die REM-slaap ontwikkelen de hersenen zich bijzonder sterk. Daarvoor is veel energie nodig, dus voeding. Ter vergelijking: een volwassene bevindt zich 80 tot 85 % van de nacht in diepe slaap en maar 15 tot 20 % in REM-slaap. Bij een baby is de verhouding 50/50. In de baarmoeder kende hij overigens nog helemaal geen diepe slaap. Te lange periodes van diepe slaap kunnen voor sommige baby’s zelfs gevaarlijk zijn omdat de suikerspiegel sterk zou kunnen dalen.
Maar hoe komt het dan dat de baby van je vriendin die kunstvoeding krijgt, zo veel langer slaapt? Kunstvoeding wordt vaak in grotere hoeveelheden gegeven en is niet zo gemakkelijk verteerbaar. Dus het klopt: jonge baby’s die kunstvoeding krijgen, slapen meestal langer dan baby’s die borstvoeding krijgen.
Bij oudere baby’s bestaat dit verschil overigens niet meer. Oudere baby’s slapen ook om andere reden niet door dan de vraag om voeding. Wanneer een moeder weer gaat werken, kan het zijn dat de baby plots ’s nachts weer vaker wakker wordt. Dan gaat het meestal niet echt om voeding, maar gewoon omdat hij mama-tijd wil inhalen.
Het komt vaak voor dat een baby die enkele weken redelijk goed door sliep plots weer meerdere keren per nacht wakker wordt. Sommige baby’s zijn bijvoorbeeld overdag veel actiever, hebben niet meer zo veel tijd om rustig te drinken en halen dit nu ‘s nachts in. Baby’s die overdag hun buikje met vaste voeding vullen, die veel minder calorieën bevat dan melk en die ze ook nog niet goed kunnen verteren, vragen soms ook plots veel vaker om een nachtvoeding.
In dit geval kun je proberen de baby overdag meer melk te geven door een keertje extra aan te leggen. Geen garantie natuurlijk voor een ongestoorde nachtrust, maar misschien slaapt je baby toch een beetje langer aan één stuk.
Je kunt je baby niet dwingen door te slapen. Hij zal het zeker leren, maar misschien heeft hij daarvoor wat meer tijd nodig. Belangrijk voor jezelf: probeer de nachten voor jou aangenamer te maken. Misschien helpt het als de baby zo dicht mogelijk bij jou kan slapen, zodat het je niet zo veel inspanning kost naar hem toe te gaan en hem te voeden. Soms zijn papa’s bereid om op te staan en de baby te brengen. Gezonde voeding en soms een dutje overdag kunnen ook helpen.
Als moeder en baby dicht bij elkaar slapen, dan hebben ze vaak ook hetzelfde slaapritme. Het is dan minder storend voor de moeder wanneer de baby haar wakker maakt, omdat zij zich dan, net zoals de baby, ook in een fase van lichtere slaap bevind.
Samen slapen
De laatste tijd wordt het samen slapen van moeder en baby in één bed door velen afgeraden. Deze waarschuwing is gebaseerd op onderzoeken waar geen rekening werd gehouden met de soort voeding die de baby’s kregen. Sommige ervan waren ook heel kleinschalig. Geen enkel onderzoek maakte een verschil tussen het bewust met de baby in bed slapen en het toevallig in slaap vallen, bijvoorbeeld op de zetel en misschien zelfs onder invloed van alcohol. Wereldwijd gezien is het samen slapen van moeder en baby echter heel normaal. Als je dit overweegt, dien je wel enkele regels in acht te nemen.
Veiligheid
Samen slapen met je baby in één bed is veilig als je geen alcohol, geen slaapmiddelen of sterke pijnstillers en geen drugs gebruikt en als je niet-roker bent. Je bed mag geen waterbed zijn en je gebruikt liefst geen dikke donsdeken. Met donsdeken is een dikke deken met echt dons bedoeld of bijvoorbeeld een 4-seizoenendekbed. Een gewone deken van enkele centimeters dik, gevuld met synthetisch materiaal, katoen of wol kan geen kwaad. Zorg er ook voor dat je baby nergens gekneld kan geraken, eventuele spleten tussen 2 matrassen, tussen matras en bed of tussen matras en muur kan je bijvoorbeeld met een opgerolde handdoek stevig opvullen. Een baby laat je beter niet op zijn buik slapen en je kunt hem ook beter niet in een dekentje wikkelen of inbakeren.
Moeders die met hun baby’s samen slapen ondervinden de nachtelijke voedingen meestal niet als erg storend, omdat ze niet moeten opstaan. Vaak worden ze maar kort wakker om de baby de borst te geven en vallen dan soms voor de baby al weer in slaap.
Maar ook als je samen slapen in een bed liever niet doet, dan kan je het misschien zo inrichten dat het bedje van je baby vlak naast jouw bed staat, zodat je geen nachtelijke wandelingen hoeft te maken. Als je baby alleen slaapt leg hem dan best op zijn rug omdat dit het risico op wiegendood sterk vermindert. Indien je baby in deze positie niet goed kan slapen omdat hij bijvoorbeeld refluxklachten krijgt, dan kun je hem aan het hoofdeinde sterk verhoogd laten slapen.
Als je kindje telkens als je probeert hem in zijn eigen bedje te leggen, wakker wordt, dan kun je misschien eens wat langer wachten tot hij zich in een fase van diepe slaap bevindt. Dit kan je gemakkelijk testen. Hef de arm van je slapende baby een beetje op en laat hem weer vallen. Als de arm volledig slap terugvalt en je baby helemaal stil blijft, dan bevindt hij zich in diepe slaap en dan kan je hem gemakkelijker verplaatsen. Valt het armpje echter niet slap terug, vertrekt hij zijn gezichtje een beetje of maakt je baby een zucht of een ander geluidje, dan kan je beter nog wat wachten omdat je baby zich voor het moment nog in een fase van lichte slaap bevindt.
Verwennen?
Je hoeft niet bang te zijn dat je de baby verwent als je nu aan zijn nachtelijke behoeften tegemoet komt. In tegendeel: een baby, die weet dat er altijd iemand voor hem zorgt wanneer hij het nodig heeft, zal later veel zelfstandiger en zelfzekerder door het leven gaan. Ook het in slaap vallen aan de borst veroorzaakt geen toekomstige slaapproblemen. Slaapproblemen zal je kleine spruit hopelijk pas hebben, wanneer hij zelf mama of papa wordt.
En dan nog een laatste tip: zorg ervoor, dat je geen horloge of wekker in je zicht hebt. Als je niet weet hoe laat (of vroeg) het is, dan kan je je er ook niet druk om maken.
© 2005-2010, Christine Van Den Broecke-Schneider
